column
Niet alles went
Alles went, zegt men weleens. En ja, veel dingen wennen inderdaad. Dat je hier soep als dessert eet bijvoorbeeld, of dat je je was aan kleerhangers buiten hangt om te drogen.
Dat je je schoenen uitdoet als je bij mensen binnenkomt, dat je in principe altijd afdingt op de markt waar de geslachte varkens op de motor naartoe gebracht worden en waar de buurvrouw standaard zegt dat je veel te veel betaald hebt voor de wortels en dat zij ze stukken goedkoper kan krijgen.
Er zijn echter een paar dingen die nooit wennen. Dingen die je ziet en waarbij je altijd een ‘steek’ voelt. Een van die dingen is dat je beseft dat je zo ontzettend rijk bent. Ik weet het… Het hangt er helemaal vanaf met wie je je vergelijkt. Vergelijk je jezelf met de leden van de steeds rijker wordende middenklasse voor wie de echte Louis Vuitton tas hét statussymbool is en die foto’s laten zien van hun meest recente uitje naar de molens van Kinderdijk, nee, dan niet. Maar we zijn wel steenrijk vergeleken met de man die probeert elke maand voor geld bloed te doneren, om zo wat extra’s te hebben zodat hij zijn kinderen te eten kan geven. Die van de bloedbank niet meer mocht komen, omdat hij te veel gegeven heeft en te zwak is. Of met die vrouw die niet naar het ziekenhuis kan met haar zoon die een ongeluk heeft gehad, omdat ze geen geld heeft om de operatie te betalen, laat staan voor een verblijf van een paar dagen op de IC.
Als je geconfronteerd wordt met deze mensen, vergaat het klagen je wel. En hoewel je altijd weer die ‘steek’ voelt wanneer je met deze moeilijkheden geconfronteerd wordt, is het denk ik ook niet verkeerd om er maar niet aan te kunnen wennen. Het is niet verkeerd om je af te vragen waar je het aan verdiend hebt dat je niet alleen kunt eten, maar ook kunt kiezen wat je eet en dat het eten nog lekker is ook.
Marieke den Butter