Waar bent u naar op zoek?

Belder over 12,5 jaar ‘Brussel’

30-01-2012

SGP'er Belder zit twaalf en een half jaar in het Europees Parlement. Als je daar een standpunt inneemt, moet je niet opkijken van een antichristelijk tegengeluid, zegt hij in een gesprek met Marie Verheij. ‘Laat God het dan voor je opnemen.'

Het leven van een Europarlementariër vult zich met dossiers bijhouden, zittingen bijwonen, stemmingen verrichten en, vooral, spreken in minuten. Verder zijn er werkbezoeken, lezingen en reizen. Twaalf en een half jaar is drs. Bastiaan Belder (1946) nu lid van het Europees Parlement. Vorige week werd dat gevierd met een symposium over de relatie tussen de Europese Unie en Israël. ‘In al die jaren heeft hij zich met tomeloos enthousiasme ingezet in het Europees Parlement’, klonk het op de bijeenkomst van de EFD-groep in het EP (Europe of Freedom and Democracy).

Belder, van hervormden huize, getrouwd met Janny, vader van drie kinderen en grootvader van vijf kleinkinderen, was vijftien jaar geschiedenisdocent aan de christelijke scholengemeenschap Johannes Calvijn in Rotterdam. In 1984 trad hij in dienst op de buitenlandredactie van het Reformatorisch Dagblad. Verrassend voor hem was zijn verkiezing tot Europarlementariër in 1999.

Zijn werkethos als historicus, journalist en Europarlementariër bleef onveranderd. Onderzoeken, schrijven, uiteenzetten – in het gesprek met hem in zijn woonplaats Apeldoorn benadrukt hij de nuance, de zorgvuldigheid, de juistheid en de waarheidsvinding. ‘Je moet de dingen secuur natrekken om grond onder je voeten hebben als je iets zegt.’