Waar bent u naar op zoek?

column

Leven door een lied

10-10-2017

‘Muziek doet wat met ons jongens. Ik hoor sommigen van jullie zelfs zeggen: zonder die muziek, of zonder dat liedje, kan ik niet leven.’ De vierdeklassers geven een duidelijke blijk van herkenning.

We hebben zojuist Psalm 46 gelezen. Dat Maarten Luther hier troost uit putte, begrijpen de leerlingen wel. Ze kennen zijn levensloop en zijn verblijf op de Wartburg. Toch blijft Luther wat op afstand. Kunnen deze jongens en meiden ooit in de schaduw van de reformator staan? Daarom deel ik een ontdekking met hen, die ik recent deed. Ik las een jeugdboek over een grote razzia eind 1944, waarbij veel Urkers werden opgepakt. Een zoon van de hoofdpersoon heeft in verhaalvorm een getrouwe weergave gegeven van de gebeurtenissen na de razzia. 

Op een gegeven moment staan de gevangengenomen jonge mannen op het station te wachten op de trein naar Duitsland. Een Duitse officier geeft een bevel: ‘Sing ein Lied.’ Dat was een bekend soldatenliedje in de Tweede Wereldoorlog. Zing een liedje als je verdrietig bent, zing een liedje als je geen vriendinnetje kunt krijgen, luidt het vertaald.

De jongens in de klas kijken elkaar veelbetekenend aan. Blijkbaar is recent iemand in die situatie geweest. ‘Aan zo’n liedje heb je dus niets, als je op het punt staat in de trein naar een werkkamp in Duitsland te stappen,’ trek ik hen er weer bij. We zijn het er snel over eens dat je een bevel van een Duitse officier wel op moet volgen. ‘Wat zullen die Urker jongens gezongen hebben?’ vraag ik hen. ‘Lichtstad met uw paar’len poorten,’ suggereert iemand, die meteen begrijpt dat de mannen zingend hun vertrouwen op God hebben gesteld.

Dat de gevangengenomen mannen op het perron Een vaste burcht hebben gezongen, wil er bij de leerlingen wel in. ‘Al drukt het leed, al dreigt het lot,’ krijgt in zo’n situatie echt betekenis. Geboeid vernemen de vierdeklassers dat van de 85 Urkers er 84 levend terugkeerden, ondanks honger, bombardementen en beschietingen. Het vertrouwend zingen van het voorgeslacht is de jeugd een voorbeeld. Zonder zo’n lied kun je niet leven, begrijpen ze.

Arjan Baarssen