Waar bent u naar op zoek?

blog

De Waarheidsvriend in de jaren negentig

Onzekerheid na 1990

04-12-2012

Toen ik de Waarheidsvrienden van de jaren negentig las, kon ik niet anders doen dan verzuchten: wat een tijd van onzekerheid. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de ontwikkelingen rond SoW, maar ook met de verlegenheid in eigen kring over de hedendaagse cultuur.

Kolommen vol worden geschreven over publicaties als Gereformeerden op zoek naar God (C. Graafland), de Open Brief en later Open Boek (C.G. Geluk e.a.). In deze periode lezen we nauwelijks iets over andere kerken. We hebben de handen vol met wat op eigen kerkelijk erf gebeurt.

De onzekerheid wordt zichtbaar in de grote aandacht voor bezinning. Welke weg moeten we gaan te midden van nieuwe theologische en maatschappelijke ontwikkelingen? De wetgeving in Den Haag over abortus, gelijke behandeling enzovoort vraagt om principiële doordenking. Onderwerpen op de synode als de homozegen brengen velen in verwarring. Het gravamen van A.W. de Ronde laat zien hoezeer de kerk verdeeld is, tot op het bot.

 

Behoefte aan visie

Er is behoefte aan visie op de eigen identiteit. Wat is gereformeerd-zijn precies? Hoe gaan we met de belijdenis om? Wat is onopgeefbaar in het belijden? Welke autoriteiten in de geschiedenis kunnen ons helpen? Er wordt veel geschreven over personen uit de Reformatie en de Nadere Reformatie. Maar ook over Kohlbrugge en iemand als Bonhoeffer. De onzekerheid blijkt ook uit de vele artikelen over de opvoeding, jeugdwerk en catechese. Wat schrijft iemand als ds. G.S.A. de Knegt vaak over onderwerpen die met de geloofsleer en de geloofsbeleving te maken hebben (geloof en aanvechting, wedergeboorte, Woord en Geest enzovoort). Anderen schrijven over het ambt (dr. A. van Brummelen), over de prediking (dr. G. van den End, e.a.), over opwekking (ds. R.H. Kieskamp), over gereformeerd en evangelisch (ds. J. Maasland), over de tucht. Naar aanleiding van een brief van ds. M.D. Geuze aan de kerk ontstaat een serie over de profetie. De algemeen secretaris schrijft informatieve en spannende artikelen over kerk en maatschappij, maar ook over Israël, Zuid-Afrika en de kerk in Hongarije. Aan de Gáspár Károli universiteit te Boedapest ontvangt hij in 1994 een eredoctoraat. Ds. M.A. van den Berg verzorgt enkele rubrieken, zoals ‘Woorden van Leven’ en schrijft heel veel recensies. Ds. Maasland verzorgt de rubriek ‘Uit de Pers’ op bekwame wijze. Hij is voortdurend op zoek naar signalen in kerk, theologie en maatschappij die ons iets te zeggen hebben.

 

Samen op weg

Maar nu kom ik bij wat de gemoederen het meest bezighoudt, de ontwikkelingen inzake SoW. De lezer wordt bijna van week tot week geïnformeerd over wat er gebeurt. In 1992 bespreekt de synode de concept kerkorde en aanvaardt de triosynode fase 1 van het fusieplan. In 1993 is het hoofdbestuur op de synode en houdt algemeen secretaris Van der Graaf te middernacht een bewogen toespraak. De concept kerkorde wordt enige tijd later aanvaard. In 1994 roept het Hervormd Pleidooi veel reacties op. De keus tussen federatie of fusie van de kerken wordt in het voordeel van fusie beslist. Daarna treedt een impasse op. In 1998 aanvaardt de synode de motie Van Heijst/De Visser. Bezwaarde hervormden krijgen tot eind 1998 de tijd om met voorstellen te komen over de manier waarop zij hun eigen identiteit in de nieuwe Verenigde Protestantse Kerk in Nederland (VPKN) kunnen behouden. Het bestaan van hervormde gemeenten in de nieuwe kerk wordt zo wellicht mogelijk gemaakt.

 

Putten en Amersfoort

Hoe staat de Gereformeerde Bond in deze ontwikkelingen? Bekend is de ambtsdragervergadering in 1992 in Putten met het signaal: ‘Wij kunnen niet weg en we kunnen niet mee.’ Wanneer SoW het point of no return bereikt heeft, vindt in de nieuwe situatie een tweede bijeenkomst plaats in Amersfoort. Het hoofdbestuur roept nu ieder op om op zijn post te blijven. Het Comité tot behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk wordt opgericht. Vanaf dat moment krijgt de verdeeldheid een gezicht. Het hoofdbestuur schrijft kerkenraden aan en zoekt te bemiddelen (Breed Beraad). Het mag niet baten. Al eerder was er een breuk gekomen rondom de GZB en ontstond de beweging van het Gekrookte Riet.

 

Verbond ging teloor

Wanneer ik dit alles lees, zie ik het volgende beeld oplichten. De jaren negentig vormen de periode van de teloorgang van het verbond. ‘Aanschouw het verbond’ luidt de titel van de toespraak van de voorzitter, ds. C. van den Bergh, in Putten. Eerlijk gezegd landt een beroep op het verbond bij velen niet meer. Wie verbond zegt, zegt: blijf op je post in de kerk, ook als die kerk niet op haar post blijft. Ik zie het zo dat door de ontwikkelingen rond SoW het verbond steeds meer onder druk is komen te staan. Nog meer aangejaagd door het postmoderne, individualistische denken.

De gevolgen hiervan zijn desastreus. Er treedt ontbinding op in plaats van de onderlinge binding door het verbond. Het kerkelijk besef ondergaat een slijtageproces. Er ontstaan groepen in plaats van gemeenten. De ene groep stelt formalistisch de belijdenis als kerkelijke akkoord tot uitgangspunt. Andere groepen gaan uit van gelijkgezinden in plaats van gelijkbeminden, zoals ze dat bij de evangelischen zien. Broeders en zusters vervreemden van elkaar. De oproep: op je post blijven wordt doorkruist door de perforatieregeling. Dat zou in de Gereformeerde Bond zo’n vaart niet lopen, dacht men. Juist wel.

De teloorgang van het verbond zien we ook in de ontwikkelingen in de catechese. Na een aanvankelijke bloei in het begin van de jaren negentig, zakt de catechese in veel gemeenten in. Het aantal catechisanten loopt onrustbarend terug. De crisis in de catechese is mede een crisis van het verbond. Te denken valt ook aan de opmars van de herdoop en volwassendoop. De concept kerkorde van de nieuw te vormen kerk kent het verbond nauwelijks. Ontbinding dus!

 

Goede dingen

Toch lezen we ondanks alles in De Waarheidsvriend dat God doorgaat met Zijn werk. Er zijn de goede dingen in Juda (2 Kron.12:12). Dertien theologen promoveren; De Herberg wordt geopend. De Noorderkerk te Amsterdam wordt heropend. Er staan prachtige interviews in ons blad. Het werk van het hoofdbestuur gaat door: drs. P.J. Vergunst wordt de nieuwe algemeen secretaris. Vanuit de zending lezen we over grote dingen die God doet.

Ten slotte, de voorzitter van de GB, dr. A. van Brummelen, die plotseling overlijdt in 1999, eindigt zijn toespraak op de jaarvergadering, zo kort voor zijn dood, met de indrukwekkende woorden: ‘Het gaat naar de volkomenheid van Gods Koninkrijk toe, waarin Hij alles zal zijn in allen. Dit is het wenkend perspectief. Het werk van de Gereformeerde Bond moet op deze norm worden getoetst, of het zal waardeloos worden.’

W. Verboom