blog
Synode besluit tot opstellen leerdoelen voor de catechese
Je familie als gegeven
Praten over je familie betekent vertellen wat er achter de voordeur gebeurt, betekent openheid over intieme relaties of pijnlijke gebeurtenissen. De synode deed het - om het gesprek in de kerk over de betekenis van je familie te stimuleren, om zorg voor elkaar te bevorderen.
Het moderamen had mw. dr. E.P. (Petruschka) Schaafsma, docent ethiek aan de PThU, gevraagd een bezinnende nota te schrijven over de betekenis van familie. Na het gesprek over arbeid in 2012 was familieleven het tweede thema dat in een vijfjarige reeks met ethische onderwerpen aandacht kreeg. De synode beoogt hiermee niet dat christenen ‘altijd op dezelfde ethiek uitkomen’, maar wil het gesprek in kerk en samenleving stimuleren.
Als insteek verwoordt de auteur eerst dat familie een veelal onderbelicht aspect van het leven is, alleen besproken als er problemen zijn. In een tijd waarin mensen zelf hun keuzen willen maken, kan dit ten aanzien van familie niet. Inderdaad, opvallend is hoe weinig we spreken over de positieve kant van onze familie, zeker in relatie tot gesprekken over gescheiden ouders, kindermishandeling, je schoonmoeder of langdurige vetes.
Aarzelen
Van hieruit belicht dr. Schaafsma dat elk mens kind is en je je daarom tot het voorgeslacht moet verhouden. Daarna benoemt ze het belang van familie, waarin we kunnen leren wat trouw aan elkaar is, maar ook wat het niet is – reden waarom veel mensen lang aarzelen voor ze trouwen en zelfs in het huwelijk blijven aarzelen.
Het laatste hoofdstuk van ‘Familie als gegeven’ gaat over de familie van God, de gemeenschap van christenen. Dr. Schaafsma bepleit ervoor natuurlijke familie en de band als christenen niet tegen elkaar uit te spelen. Opvallend vind ik dat ze schrijft dat Jezus Zich ‘kritisch’ over natuurlijke familiebanden uitlaat: ‘Jezus waarschuwt voor veeleisende familiebanden, en noemt zijn volgelingen broers en zussen.’ Het lijkt me dat Jezus eerder relativerend dan kritisch over familie spreekt. Aan het kruis besteedde Hij zelfs nog zorg aan Zijn familie, door Maria toe te vertrouwen aan Johannes, de liefdevolle apostel.Tegencultuur
Het was goed deze bezinning op donderdag 14 november te voeren in rapport met de tijd. Daarom vertelde dr. Rob Bijl, adjunct-directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, eerst dat het aantal eenpersoonshuishoudens in Nederland blijft groeien. Hij noemde een verlangen naar vroeger niet reëel, omdat onze maatschappij, ondanks veel klagen, geen harde samenleving is. ‘Wel zijn er meer dan 200.000 overbelaste mantelzorgers.’ Het is van belang dat de kerk – ook diakenen – zicht hebben op hoe mensen zich tot hun familie kunnen verhouden: ze willen hun zorg zelf regelen zijn en tegelijk niet door buren of familie gewassen worden.
In de bespreking zei oud.-kerkrentmeester G. Lunshof (classis Limburg) te missen dat dingen in de familie soms onbespreekbaar zijn. ‘Mijn drie kinderen gaan niet meer naar de kerk; ze horen me welwillend aan en gaan over tot de orde van de dag.’
Ds. B.J.J. Boter (classis Leiden) vroeg aandacht voor mensen zonder familie – ‘die begraaf ik wel eens’ – en voor mensen die geen kinderen kunnen krijgen: ‘dan stopt de familielijn’.
Ds. M. van Dam (classis Gorinchem) stelde de vraag hoe God wil dat ons familieleven ingevuld wordt. ‘Durven we als kerk nog iets te zeggen, een tegencultuur te zijn?’
Ds. F. van Roest (classis Katwijk) sloot hierbij aan: ‘Is familie niet alleen gegeven, maar is het leven in een familie niet ook norm? Moeten we niet benoemen dat door de zonde dit leven ontwricht is?’
Ds. G. van de Pol (classis Rotterdam) pleitte voor een nota die erbij inzet dat we niet alles van familie moeten verwachten.
Weerbarstigheid
Na al deze opmerkingen beloofde dr. Schaafsma te bezien of haar tekst de weerbarstigheid van het leven voldoende verwoord had. Opnieuw noemde ze haar doel, namelijk het bespreekbaar maken van wat in het gewone leven gebeurt: Hoe moet je het moederschap invullen voor kinderen die niet jouw kinderen zijn? Waarom lukt het ons niet bij elkaar te blijven, of om een nieuw gezin te vormen?
Als onderliggende probleem zag ze dat het mensen niet lukt om te gaan met wat een gegeven is. ‘De kerk zal echter moeten benadrukken dat trouw bij het huwelijk hoort.’
Kerkenraadsgesprek
Als de nota ‘Familie als gegeven’ – wellicht iets meer theologisch onderbouwd, met iets meer oog voor de deuken die familie je kunnen geven, misschien met een ervaringsverhaal – bij de kerkenraden landt, hebben deze een waardevol document voor onderlinge bezinning in handen. In het gesprek ter plaatse mag het oog gescherpt worden, voor gezinnen en singles, voor gescheiden mensen en hun kinderen, voor ieder die hoort tot Gods familie.
***
Catechese
Met de (presentatie van de) handreiking ‘Een 10 voor catechese! Aandacht voor leren geloven in de gemeente’ rondde de beraadsgroep voor de catechese haar werkzaamheden af. Zes jaar geleden kreeg deze groep de opdracht om de catechesepraktijk van de kerk breed te verkennen, te waarderen, ter bespreking te brengen en van nieuwe handelingsperspectieven te voorzien. In de voorbije jaren zijn ten aanzien van de catechese op de synode enkele uitspraken gedaan: ‘Catechese is vanuit en tot de doop leven en leren’, ‘catechese is onderdeel van het geheel van de gemeente’ en ‘catechese is gebaat bij authentieke identificatiefiguren’.
In dit afsluitende rapport wordt het belang van de catechese nog eens onderstreept, want ‘een gemeente waarin niet meer wordt geleerd, is eigenlijk geen gemeente meer’. ‘Een 10 voor catechese!’ wil gemeenteleden inspireren voor het catechesewerk met jongeren van twaalf tot achttien jaar.
Leerdoelen
Diaken B.J. Robbers (classis Amsterdam) was niet blij met de beperking tot deze leeftijd. Hij vroeg ook onderscheid tussen de algemene houding in de omgang met jongeren en de specifieke rol van de kerkelijke catecheet. Een ruime meerderheid van de synode stelde zich achter zijn voorstel leerdoelen en een onderwijsprogramma voor de catechese op te stellen.
Ds. M. van Dam vroeg om pioniersplekken voor de catechese, ‘gedragen door ambities’.
Diaken A.D. Drost (classis Heusden) zei dat zijn ouders voor de geloofsopvoeding van het grootste belang waren. Hij bepleitte ook contact met de christelijke school.
In de bespreking van de catechese bleken – net als bij veel andere onderwerpen – de zorg om de werkelijkheid en de aansporing om dankbaar te zijn voor wat er is (soms: nog is) twee kanten van één medaille. Scriba dr. A.J. Plaisier erkende dat de situatie misschien ernstiger is dan zes jaar geleden én vroeg aandacht voor het goede dat in de gemeenten plaatsheeft.
Aan JOP en de HGJB, de twee jongerenorganisaties in de kerk, zal gevraagd worden materiaal voor de catechese te blijven ontwikkelen, terwijl de synode besloot elke vier jaar dit thema op haar agenda te hebben. De handreiking zal, voorzien van ‘een bemoedigende brief’, aan de gemeenten gestuurd worden. Nu maar hopen dat vooral ouders de catechese ontdekken en waarderen.
P.J. Vergunst