Thuisblijven of thuiskomen
Ik wil een lans breken voor het dagelijks openstellen van de kerk, zodat de lofzang door kan gaan, er gebeden kan worden en mensen elkaar ontmoeten
Sinds de aanscherping van de maatregelen om het COVID-19 virus in te dammen moeten nog meer mensen thuisblijven op zondag. Uit een onderzoek van Barna (Amerikaans onderzoeksbureau dat onderzoek doet op het snijvlak van geloof en cultuur) in Amerika komt naar voren dat veel christenen zijn gestopt met het volgen van de wekelijkse online dienst: zelfs 50 procent van de millennials (20- tot 34-jarigen). Een logische reden hiervoor is dat veel mensen in de leeftijd van 20 tot 34 jaar jonge kinderen hebben, waardoor het voor hen moeilijker is de diensten online te volgen.
Bij een online dienst is de concurrentie veel groter: thuis is de keuze makkelijk gemaakt om naar buiten te gaan. In de kerk blijf je toch meestal gewoon de dienst uitzitten. Of dat bleven we in ieder geval. Wie weet verschijnt straks de halve gemeente in ochtendjas en wordt er tijdens de dienst koffiegezet en het nieuws en mails gecheckt. Er liggen echter ook andere redenen aan ten grondslag.
In een interview geven twee medewerkers van Barna aan dat de kerk met drie thema’s rekening moet houden, wil men de millennials betrokken houden bij de dienst.
De kerk moet nadenken over welke aspecten van de dienst van waarde wijzigen in een thuiscontext en moet daar op inspelen. Ten tweede moeten de diensten interactiever worden, omdat millennials niet alleen willen consumeren, maar ook participeren en ervaren. Ten derde moet de kerk zich bezinnen op de begrippen ‘tijd’ en ‘ruimte’. Hoe geef je een preek vorm als we weten dat mensen gemiddeld zeven minuten hun aandacht online vast kunnen houden? En hoe kan in de thuisomgeving van alledaagsheid en tijdelijkheid een ruimte ontstaan voor het eeuwige?
Prima tips van Barna voor het vormgeven van de online kerkdiensten. Maar ik merk bij mezelf dat ik me niet wil neerleggen bij het niet naar de kerk kunnen gaan en er online dan maar het beste van maken. Het huis waar God woont, is me daar ietwat te lief voor. Daarom wil ik een lans breken voor het dagelijks openstellen van de kerk: zodat de lofzang door kan gaan, er gebeden kan worden, de blijde boodschap verteld blijft worden en mensen elkaar ontmoeten. Dan kan iedereen in ieder geval een keer per week thuiskomen.