Waar bent u naar op zoek?

Heilzame schuldbelijdenis

ds. J.T. Maas
Door: ds. J.T. Maas
29-12-2020

Op 15 november was er gelegenheid tot schuldbelijdenis omtrent de Holocaust. Hoe ging men hiermee om in de hervormde gemeente te Vinkeveen, een plaats waar in de Tweede Wereldoorlog veel inwoners ‘fout’ waren?

Al vrij snel waren we het er als kerkenraad over eens dat we gewicht wilden geven aan de interkerkelijke ‘handreiking voor een zondag van verootmoediging en schuldbelijdenis, waarin de kerken uitspreken nalatig te zijn geweest in het opkomen voor de bedreigde Joodse gemeenschap in ons land tijdens de Holocaust’.

Zoals rond 4 en 5 mei al in De Waarheidsvriend te lezen viel, heerst er in ons dorp een zekere schaamte ten aanzien van de opstelling van de bevolking in de oorlog. Deze handreiking gaf ons onverwachts woorden die kunnen helpen.

De belangrijkste drijfveer om mee te doen, bestaat uit onze liefde voor het Joodse volk, voor Israël. Daarbij erkennen we dat het nodig is om in deze tijd krachtig afstand te nemen van antisemitisme en dat openlijk uit te spreken. We vroegen ons af wanneer er eerder op deze wijze afstand genomen is van Jodenhaat. Niemand kon zich dat herinneren.

Daarbij geloven we in de kracht van schuld belijden, tegenover de Heere en Zijn volk.

Vragen

Leefden er geen vragen? Jawel, het woord ‘nalatig’ uit de verklaring vonden diverse broeders te zwak. Dat had steviger gemogen. De vraag kwam op of het wel mogelijk is om schuld te belijden namens ons voorgeslacht. Het hielp om in te zien dat we schuld belijden als kerk, in verbondenheid met hen die vroeger leefden. We staan niet boven, maar naast hen. Is de eredienst wel het meest geëigende moment voor een dergelijke verklaring, zo vroeg een broeder zich af. We zagen er het belang van in om het op deze wijze gewicht te geven, juist met duiding vanuit de Woordverkondiging.

Psalm 32

In de dienst zelf zongen we onder andere uit Psalm 106, waarin iets terugkomt van het belijden van schuld in verbondenheid met het voorgeslacht. We hebben gedankt voor hen die de moed hadden verzet te bieden en zich uit te spreken tegen de satanische macht van het nazisme. De Woordverkondiging namen we uit Psalm 32, in het bijzonder vers 5: ‘Mijn zonde maakte ik U bekend, mijn ongerechtigheid bedekte ik niet.’ We hoorden van de God, Die onze zondelast heeft gelegd op Zijn Zoon, Jezus.

Na de verkondiging las scriba A. Smit de inleidende tekst en de belijdenis van schuld voor. Zelf heb ik daarna de gebeden uitgesproken, er was een gepaste stilte en het gebed sloten we af door als gemeente samen hardop het ‘Onze Vader’ te bidden.

Over het algemeen heeft de gemeente deze dienst als heilzaam ervaren, zo is de inschatting. Onder andere de volgende woorden hebben velen geraakt: ‘We zijn nalatig geweest toen Joodse families hun in de oorlog ondergedoken kinderen weer kwamen ophalen en wij hen hun kinderen niet meer wilden afstaan.’

Passende afsluiting

Graag deel ik ter afsluiting een schriftelijke reactie van een gemeentelid naar aanleiding van de dienst: ‘Wat een belevenis voor Vinkeveen zondagavond! Ik stem hartelijk met de schuldbelijdenis in, maar omdat mijn familie allemaal hier woonde tijdens de oorlog en, zoals zovelen in Vinkeveen, ‘fout’ waren, was ik heel benieuwd hoe de dienst zou gaan. Ik zat daar ook wel voor mijn gevoel als vertegenwoordiger van mijn voorgeslacht. Wat is het met een begrip dat getuigt van nederigheid, aangepakt. Ik kon me helemaal vinden in de preek. Voor mij een passende afsluiting van de tientallen verhalen die ik vanaf mijn jeugd gehoord heb over de oorlogstijd.’


ds. J.T. Maas
ds. J.T. Maas