Waar bent u naar op zoek?

column

Erfenis

27-11-2018

‘Wil jij die zo meenemen?’ Een vuilniszak staat in de kamer waar nu alleen oma nog woont. In de zak zitten de kleren van opa. Aan de voet van het verzorgingstehuis staat de kledingcontainer van de kringloopwinkel.

Dit is dan ongeveer het laatste, mijmer ik in de lift. Je kleding op weg naar de onbekende ander. 

Veel spullen had opa niet meer. De meeste waren bij de verhuizing naar het verzorgingstehuis al vererfd of anderszins van een tweedehands toekomst voorzien. Toch had hij op een vrijdagmiddag iets voor me. Krom achter zijn rollator reikte de ruim negentigjarige me een blaadje van de lokale historische vereniging aan. ‘Kijk, ik sta er ook in.’ Hij had het tijdschriftje speciaal meegenomen uit de gemeenschappelijke ruimte waar stapels oude geschiedenisblaadjes liggen.

Het artikel ging over zijn behouden terugkomst na ontsnapping uit een werkkamp in Duitsland in de chaos van de laatste oorlogsweken. Ik bouwde er een les omheen: een mysterie waarbij leerlingen de chronologie van het leven van opa volgden. Vervolgens probeerden ze via vragen zich in te leven in opa. Hoe was het om gevangen genomen te worden of bedreigd te worden met de dood? Begrippen als razzia en gedwongen tewerkstelling gingen leven voor de leerlingen en daagden hen uit om zelf een morele positie in te nemen.

Met een ferme duw verdwijnt de vuilniszak in de kledingcontainer. Op weg naar huis bedenk ik dat ik als puber ooit een boek van opa kreeg. Opa was een man van weinig woorden: ‘Dat moet je eens lezen. Je mag het wel houden.’ Ik had het boek na een paar bladzijden weggelegd, maar het moet nog ergens op zolder staan. 

Die avond lees ik het boek van de Joodse Holocaust-overlevende Leon W. Wells in een ruk uit. Ik begrijp waarom het opa aansprak: een verhaal van overleven terwijl je veel kwaad wordt aangedaan. Dit is dus de erfenis van opa: een tijdschriftje en een boek. Maar de bedoeling is duidelijk. Opa wilde dat zijn verhaal niet bij het grofvuil werd gezet, maar een tweede leven zou krijgen in de nieuwe generatie.

Arjan Baarssen