Waar bent u naar op zoek?

Verwondering in het geloofsleven (1, stemmen uit het Oude en Nieuwe Testament)

Gods grote daden

Ds. M. Goudriaan
Door: Ds. M. Goudriaan
29-11-2022

Wat hebben ze eigenlijk met elkaar te maken, geloof en verwondering? Zou het kunnen zijn dat levend geloof gekenmerkt wordt door verwondering? In de Bijbel vinden we voorbeelden van verwondering te kust en te keur.

Hoewel we het woord ‘verwondering’ in de Bijbel maar zelden tegenkomen, doet de zaak zelf zich in allerlei omstandigheden voor. Veel psalmdichters zingen in verbazing van de wonderen van Gods hand. Ze staan, nu eens sprakeloos, dan al zingend, te kijken naar de werken van Gods hand die ze niet konden verwachten. Verwondering wordt immers opgeroepen door daden van de Heere die door ons zo vaak niet logisch verklaard kunnen worden en die ons denken en begrijpen te boven gaan.

Wonderlijke daden

Deze wonderlijke daden van Zijn arm komen aan de dag in de natuur en ook in de geschiedenis van met name Zijn volk Israël. Hij spreekt ‘Er zij licht’ en er is licht. Hij meet de wateren met Zijn vuist, met de holte van Zijn hand. Hij ontrukt Zijn volk aan de tirannie van de Farao en leidt het door de Rode Zee.

Natuurlijk denken we bij deze grote daden van de HEERE niet alleen aan de natuur en de geschiedenis, maar komt ook Zijn machtige werk in het persoonlijke leven van hen die op Hem hopen, aan de orde. ‘Ik zal de daden van de HEERE gedenken, ja, ik zal denken aan Uw wonderen van oudsher. Wie is een God zo groot als God?’ (Ps.77:12,14b) Wat gebeurt hier? De dichter komt, al overdenkend en overwegend, tot een lied van verwondering. De man kent zijn God en weet van de daden van de HEERE en… hij verwondert zich. In benauwdheid geeft de Heere hem adem en maakt Hij ruimte. Wat doet Hij al niet voor degenen die op Hem wachten?

Bedreigde zaak

Het Oude Testament wil ons in ieder geval ook brengen tot de overtuiging dat het leven zonder verwondering arm en leeg is. Als de heerlijkheid van God in de schepping (Ps.8), als de geboorte van een kind (Ps.139), als de trouw van God waarmee Hij genadig Zijn Woord vervult (Abraham), als de macht waarmee Hij midden in de dood het leven brengt, en zoveel andere daden ons niet meer tot verwondering brengen, dan is het leven leeg.

Verwondering voor Gods aangezicht is een bedreigde zaak. Wat te denken van de zucht om alles wat we horen, zien en waarnemen te willen verklaren? Daarmee zeg ik geen kwaad woord over het voor Gods aangezicht bezig zijn in de wetenschap. Wat te denken van het gevaar dat Gods genade en ontferming, Zijn almacht en trouw vanzelfsprekendheden worden?

Steeds weer toont ons het Oude Testament mensen als Henoch en Abraham, psalmdichters en profeten en anderen die, staande voor de Heere, weinig meer weten uit te brengen dan de belijdenis: ‘Heere, wat bent U groot. Hoe heerlijk is Uw Naam!’

Geheimenissen

In het Nieuwe Testament zien we een voortzetting van deze lijnen uit het Oude Testament, met dien verstande dat het nu vooral gaat over verwondering die gewekt wordt door het spreken en werken van Gods Zoon, de Beloofde. Het begint al op de grens van het Nieuwe Testament, als Zacharias en anderen een lofzang gaan zingen. Zo tintelt de Lofzang van Maria van verwondering. ‘Mijn ziel maakt de Heere groot. (…) Want Hij Die machtig is, heeft grote dingen aan mij gedaan en heilig is Zijn Naam.’

Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van donderdag 1 december 2022. Neem een jaarabonnement. Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-

Ds. M. Goudriaan
Ds. M. Goudriaan

uit Ede is emeritus predikant.